’t Hulshof is een hobbyfokkerij van Wiltshire Horn schapen en is gelegen in de Antwerpse Kempen in de vallei van de Hulsloop, welk een paar honderd meter verderop ontspringt in de Huls: vandaar de naam. De Hulsloop fungeert tevens voor een deel als natuurlijke grens aan de schapenweide.
Onze eerste schapen hebben we in de jaren ’80 aangeschaft om de paardenweide zuiver te houden. Het waren Texels. We wilden ook graag lammetjes zien rondspartelen, maar we waren minder opgezet met de problemen die toch regelmatig de kop opstaken zoals verwentelen, moeilijke geboorten, afstoten van de lammeren enz.
Daarom gingen we op zoek naar een ander ras en kwamen terecht bij de Suffolk. Dat was nog een grotere ramp: ze helemaal niet te benaderen en sprongen zonder probleem over de 1 m hoge afrastering.
Onze toenmalige schaapscheerder wees ons op een schaap welke wel de voordelen, maar niet de nadelen had van de Texel: de “Zwartbles”. Problemen zoals verwentelen zou niet meer voorkomen , en het aflammeren zou ook een stuk vlotter verlopen. In 1990 zijn we met 1 volle ooi begonnen via deze “stammoeder” hebben we onze kudde jaar na jaar uitgebouwd. De Texels bouwden we af.
Tot 2005 hebben we een vrij actief beslag gehad met een 9-tal ooien. De ram die we op dat moment gekocht hadden bleek in de dekperiode zo gevaarlijk dat we die onmogelijk konden houden zonder ernstig gevaar op ongelukken. In 2006 dus geen lammeren. Bovendien viel op dat moment de markt wat in mekaar en kregen we zo weinig van onze lammeren dat we niet uit de kosten kwamen. Daarom hielden we enkel de ooien van 2005 en verkochten de rest. Aangezien we uit principe nooit met jaarlingen fokken, dus ook geen lammeren in 2006. Dat beviel ons best, zodat we besloten enkel schapen te houden zonder er mee te kweken.
Ondertussen schoren wij ook reeds gedurende verscheiden jaren de schapen zelf omdat het gevaar voor “myiasis” van jaar tot jaar verergerde. Wachten op de schaapscheerder kon dodelijke gevolgen hebben. Het heeft ons toch nog een paar keer verrast met alle gevolgen van dien. Omdat de last van deze zware schapen groter werd dan het plezier dat we eraan hadden besloten we in 2013 we de laatst ooien weg te doen.
Het was tijd voor iets en we wilden een kleiner en minder zwaar schaap maar absoluut met “hoorns”. Na heel wat zoek werk zijn we dan terecht gekomen bij het Drentse heideschaap. Er was een mooie kudde te koop in Nederland. De import bleek echter voor onze leken een onoverkomelijke zaak en dus ging dat niet door.
Uiteindelijk kwamen we terecht bij het Wiltshire Horn schaap. Het stamboek verwees ons naar een enthousiaste schapenhouder en we waren onmiddellijk verkocht. Het WH bleek wel een groot schaap te zijn, maar het feit dat het niet moet geschoren worden, zijn prachtig hoorns en fiere houding trok ons over de streep.